Pindasaus en kip, maar net even anders. Dit is kip met satéjus. Het is makkelijk te maken en je kunt er weinig verkeerd aan doen. Het proberen waard!
Vraag meerdere mensen met roots in Caribisch Nederland naar hun lievelingsmaaltijd en je zult ongetwijfeld een paar keer horen:”Kip met rijst”. Deze kip met satéjus vindt ook daar in de Cariben zijn oorsprong. Ik heb veel kookboeken verzameld in de loop van de afgelopen jaren. Er is er echter één die ik heel erg koester. En weet je wat? Het is niet eens een echt kookboek. Het is een verzameling van gekopieerde A4-tjes uit een oud leerboek van de huishoudschool op Aruba. Het origineel is ergens in de jaren ’50 van de vorige eeuw uitgegeven. Er staan recepten in om traditionele Antilliaanse gerechten te maken, zoals funchi (een soort polenta), plakkerige slijmerige okrasoep (superfood in de tijd van mijn oma) en de heerlijkste taarten met allerlei verschillende vullingen zoals pruimentaart, cashewnotentaart en chocoladetaart. Maar er staan ook veel recepten in voor kip. Ook in de tijd van oma was kip een veelzijdig stukje vlees.
Ik heb dit recept voor kip met satéjus aangepast naar de tijd van nu. Ik heb de kip geserveerd met in dunne reepjes gesneden snijbonen en natuurlijk met witte rijst. De subtiele smaak van pinda in de jus is overheerlijk.
Voor het marineren van de kip heb ik mijn eigen zelfgemaakte kerriepoeder gebruikt. Dat is vrij makkelijk zelf te maken. Ik vind het lekkerder dan de kerriepoeder uit de winkel.
Zelf ben ik niet zo’n fan van heel heet eten. Pica (=heet/sambal in het papiamento) laat ik aan anderen over. Ik ben heel voorzichtig met rode pepers en zeker met madame jeanettes (hele hete gele surinaamse pepertjes). Die laat ik meestal achterwege.
Ben jij wel dol op pica?
Gebruik dan gerust een theelepel sambal voor de saus of laat een madame jeannete meekoken. Dat kan deze kip met satéjus zeker wel hebben. Misschien vraagt’ie er zelfs wel om…om een beetje pica.
- 1½ kilo kippenpoten
- ¼ cup olijfolie
- 2 theelepels zout
- 3 theelepels zelfgemaakte curry (of currypoeder)
- 1 grote ui
- 1 groene paprika
- 3 kleine tomaten
- ¼ cup pindakaas
- ¼ cup water
- Braadpan (liefst van gietijzer)
- Snijd de ui en paprika in reepjes. Verwijder de zaadjes uit de tomaten en snijd de tomaten in reepjes. Zet de gesneden groenten even opzij.
- Zet de braadpan op het vuur. Schenk de olie in de pan en laat de olie heet worden. Braad de kippenpoten aan tot ze lichtbruin zijn. Haal de kippenpoten uit de pan en zet deze even opzij.
- Doe het zout en de curry in de pan. Blijf roeren, zodat de curry goed verhit wordt. Dit zorgt ervoor dat de smaken van de specerijen goed tot hun recht komen. Roer minstens een minuut.
- Voeg de gesneden ui, paprika en tomaat toe. Fruit de groenten aan tot ze glazig zijn. Dit duurt ongeveer 5 minuten.
- Leg de kippenpoten weer in de pan. Stoof de kippenpoten in 30 minuten of totdat het vlees gaar is.
- Meng de pindakaas en water samen in een kommetje.
- Haal de kippenpoten uit de pan en leg ze op een serveerschaal. Bedek de kippenpoten eventueel met een stuk aluminiumfolie om ze warm te houden.
- Schep het mengsel van pindakaas en water in de pan bij het braadvocht. Breng dit al roerend aan de kook (dus tot het gaat bubbelen). De saus is dan klaar.
- Breng de saus over in een juskom. Schenk een beetje van de saus over de kippenpoten voor het serveren. Serveer de rest van de saus apart.
- Een currykruidenmix kan je makkelijk zelf maken. Het fijne hiervan is dat je hierdoor van een bepaald specerij wat je lekker vind meer of minder kunt gebruiken. En je weet zeker dat er geen extra zout of conserveringsmiddelen zijn toegevoegd.
Wil je reageren of heb je vragen? Dat kan hier.