Dit is mijn eigen twist op een Franse klassieke Far Breton. Deze far met pruimen is lekker. Heerlijk bij de koffie of als dessert.
Een far is een taart met een custardachtige structuur. De far werd in de 18e eeuw al in Frankrijk gemaakt. De recepten gaan zo ver terug. De antieke recepten beschrijven een hartige variant van de far gemaakt met boekweitmeel. De hartige far werd geserveerd als bijgerecht bij vleesgerechten. Vooral in Bretagne was dit een populair gerecht. Ik vind het bijzonder om te ontdekken hoe gerechten vroeger werden gemaakt. Vaak klinken de ouderwetse en antieke manieren van koken ons vreemd in de oren. De smaakcombinaties en combinaties van structuren van vroeger boeien me. Ik speel met het idee van een hartige pudding bij een vleesgerecht. Hoe zou dat smaken denk je?
Ineens denk ik aan de Yorkshire pudding. Dat wordt pudding genoemd, maar het is meer een soort broodje. Dat zou met de far breton vast ook ook kunnen. Ik zou er dan een hartige pudding van maken, wel met pruimen om gegeten te worden als bijgerecht bij een kruidige stoofpot met port en misschien zelfs wat peertjes. Dat schrijf ik op. Hier, maar ook op mijn nieuwe ideeënlijstje voor BZO. Experimenteren, dat is wat ze in het verleden ook met dit recept, gedaan hebben in Bretagne. De hartige variant is aangepast naar een zoetere versie die sinds de 19e eeuw een succesnummer is Frankrijk en een landelijke klassiekers is geworden. Zo is de Far Breton ontstaan.
Deze far met pruimen is een afgeleide van de klassieke zoete Franse Far Breton. Traditioneel hoort de taart een stuk hoger te zijn. De taart hoort de pruimen helemaal te omsluiten. Ik heb een grote ovenschaal gebruikt, zodat de far ver zou inzakken. Ik wilde een plattere taart. Door een grotere ovenschaal te gebruiken krijg je dezelfde heerlijke structuur van custard die zo kenmerkend is voor de far. Doordat de taart niet zo hoog is, is het iets minder machtig dan een traditionele versie. Daarom krijgt het niet de titel van Far Breton mee, maar simpelweg far met pruimen.
- 4 eieren
- 75 gram bloem
- 50 gram suiker
- 200 ml crème fraiche
- 200 ml melk
- snufje zout
- 25 gram zachte boter
- 1 eetlepel rum
- 250 gram ontpitte pruimen
- Overig
- 1 eetlepel suiker voor garnering
- klein beetje boter voor het invetten van de vorm
- ovenschaal (afm. 20 x 30 cm)
- Leg de ontpitte pruimen in een kom. Schenk de eetlepel rum hierover heen. Zet apart om de pruimen te laten weken.
- Gebruik een grote kom om het beslag te maken. Doe de eieren, bloem, suiker, créme fraiche, melk, snufje zout, boter in de kom. Roer alles tot een glad beslag.
- Vet een ovenschaal in. Doe de oven aan. Verwarm de oven voor op 200 ºC.
- Schenk de pruimen en rum in de ovenschaal. Schenk het beslag in de ovenschaal. Bak de far in 40 minuten gaar in de oven op 200 ºC. De taart is klaar als de bovenkant goudbruin is en de binnenkant nog stevig. De zijkanten van de far zullen omhoog komen net als bij een Finse Pannukaku of een Yorkshire pudding. Controleer de gaarheid van de taart na de 40 minuten, als je het idee hebt dat het nog niet gaar is bak de taart dan nog 10 minuten langer door of net zolang als de binnenkant van de taart wel stevig genoeg is.
- Garneer de far tot slot door er een eetlepel kristalsuiker of poedersuiker overheen te strooien. Het is normaal dat de far iets inzakt als het afgekoeld is. De far kan prima warm of koud geserveerd worden.
- Als je een hogere en meer traditionelere far wilt maken gebruik dan een kleine ovenschaal en gebruik 350 gram ontpitte gedroogde pruimen. De far zal dan een stuk hoger blijven en niet zo ver inzakken.
Wil je reageren of heb je vragen? Dat kan hier.